DE DEPRESSIE, DAT HONGERIGE MONSTER DAT ONS ONVERSCHILLIG OPSLOKT IN ZIJN GEEUW. Artikel van de Sergio Sanz, psycholoog en facilitator van Ayahuasca Internacional®

EEN GEVANGENIS DIE GECREËERD IS DOOR EEN ONEVENWICHTIGE PERCEPTIE VAN DE WERKELIJKHEID.

Het wantrouwen en catastrofe-denken over zichzelf, de anderen en de toekomst, genereren depressie.

De depressie  is een hete koudheid, een ziekte van de geest die vergeelt omdat men het geschenk van de waarheid enkel toewijst aan wat reeds gepasseerd is. Het is een besluit omtrent het leven, dat functioneert als een graf waaruit men af en toe opstaat om al mankend en kreunend rond te lopen, als een levende dode op zoek naar een suikerklontje om op te zuigen als afleiding van de pijn en de verlatenheid. Maar als je het opeet, dan laat het je opnieuw achter terwijl je jouw vingers aflikt en met de grootste veroordeling van deze wereld: nl. te moeten kiezen. En dan wordt de twijfel gecreëerd; “doe ik er wel goed aan?”; een twijfel die een mist van schuld is en die zich als een regenplas in jouw blik nestelt.

De depressie is op zo’n manier leven dat je het leven constant corrigeert en ook jezelf, via een aanval of via de schuld (wat op hetzelfde neerkomt); via de straf uit angst voor de fout. Zonder de natuur van het leven en van de mens te kunnen vergeven; een natuur die er één is van “fouten maken”, van ronddwalen in het oneindige en in de eeuwigheid.

Sommigen zwijgen als ze niet weten en het is in die stilte dat ze het leven afsmeken, zoals Leopoldo Maria Panero wanneer hij zei:  ”Op een goede dag zal ik de edelheid hebben om te stoppen met schrijven maar de stille hand zal nog steeds over het papier kruipen”.

De zompige grond van de depressie is de tijd; een tijd die overschiet en die weegt en waarin we verdrinken terwijl we om een zin of een reden roepen, vanuit een logica zonder smaak naar wat of wie dan ook en we bevangen worden door deze duivelse vraag die continue en insisterend opkomt in onze geest: waartoe?

Het is, zoals Dostojevski zei: ” Men moet het leven – meer dan de zin ervan – liefhebben”. Waarop Albert Camus antwoordde: “Wanneer de liefde voor het leven verloren gaat, kan geen enkele zingeving ons troosten”

De depressie is de dood in het leven, het is leven terwijl je jezelf verdraagt. Het is een voortdurend eisen, afgeschermd door de verveling en de verslaving die je voortdurend die arrogante en klagerige houding doen aannemen van meer te denken en meer te weten dan het leven zelf en je superieur te vinden aan het leven. Waarbij je vanop een eenzame en stinkende troon meent te kunnen oordelen over wat er goed en wat er slecht is.

De depressie is een ontwaken dat stinkt. De depressie is een “neen”; is leven in het “neen”.

Zoals de psycholoog Beck zei: “Er bestaat – in de depressie – een cognitieve triade van dysfunctionele geloofswaarheden die te maken hebben met het wantrouwen en een catastrofale visie op zichzelf, de anderen en de toekomst”.

Anderen zoals Levinshon spreken van de theorie van de over-blootstelling aan de versterking. Het gaat bijvoorbeeld om personen die heel intens geleefd hebben en nu is er niets meer dat hen kan vullen, alsof ze – in de woorden van Joaquín Sabina –  leven ”in het omroeren van het doosje as dat door het plezier werd achtergelaten”. En als het plezier dat achterliet, is dat waarschijnlijk door een verslaving aan de intensiteit, zonder er zich van bewust te zijn dat “de vrede misschien de meest intense ervaring is die er is” zoals mijn grote vriend en broer Víctor Jiménez zegt.

Wat een rare en vreemde wereld is de depressie! Jim Morrison zong er ook al zo over:  “People are strange when you are strange”. Een interne plek, walgelijk, waar de angst en de beklemming leeft…

Een plaats waar het heel koud is, waar de lichttoortsen zwakker worden door de stormen van de verwarring; een lege ruimte waar de wind van de onduidelijke bedreigingen overheersen en ons doen verzwakken, waar het kompas van de geest zot draait en waar enkel het naakte hart kan binnentreden.

Het is een koninkrijk met een stille wet, zwanger van de straf en de veroordeling, waar het einde dreigend is en waar de schaduw van het verlies verschijnt als een stervende zonsondergang. Het is een schemerlicht dat niet sereen is maar als een sirene, een sirene die verspilling en delirium voorspelt.

Hoe kunnen we dit koninkrijk veroveren, behalve dan door er een dansende en vrolijke hofhouding heen te brengen, vol liefde en die danst voor elk paar, bidt en de devotie voor het leven uitschreeuwt? Hoe dit te doen zonder in de banaliteit van het groteske te vervallen en in de oppervlakkigheid van een onveiligheid zonder vastberadenheid?

De therapie die in de actualiteit het meeste gebruikt wordt door de psychologen is de “gedrags-activatie” die erin bestaat om dingen te doen die je graag doet of die je graag zou willen doen, waarbij je geen rekening houdt met je emotionele toestand en waarbij je niet wacht tot je je “goed” voelt om het te doen, want dat zou zijn als de wortel voor de ezel te binden.

In mijn opinie en vanuit mijn ervaring is deze therapie een optie en een mogelijke stap vooruit maar is het niet voldoende om de valkuil waarin men zich bevindt, op te heffen. De depressie wordt chronisch wanneer je je omdraait in het spinnenweb van zelfmedelijden en in egoïstisch slachtofferschap, ook al vind je daarin een zekere kracht en onbeweeglijkheid omdat het je een valse vrede schenkt, nl. de vrede van de doden. De therapie van de cognitieve restructurering  probeert het zwarte kasteel van onze geloofswaarheden af te breken via de reductie tot het absurde en de socratische ironie maar het is een behandeling die enkel de weg vrijmaakt, en werkt met wat niet is, zonder dat dit het Zijn van de persoon weet te raken. Met deze therapie is er geen catharsis en is er niet de zo noodzakelijke explosie die het gebed van het Zijn naar de grenzen van het Universum uit stuwt. Zo zag ik mezelf tijdens de eerste ayahuasca-sessie;  als een aap met een been die op de grond sloeg terwijl ik een oerkreet slaakte die de geroeste scharnieren van de deuren van mijn hart opende.

Als je jezelf met een gefronst voorhoofd ziet, weet dan dat het niet wegens de zon van daarbuiten is maar dat het door een andere interne zon is die je van binnen verbrandt en die ontstuimmig duwt om naar buiten te komen.

Het enige dat je kan doen ontwaken van deze bittere droom is een schreeuw van interne vrijheid, een schreeuw die de depressie ontdooit met een lentelicht, een licht dat niet aan de horizon verschijnt zolang je je niet volledig in de nacht onderdompelt, zolang je niet duikt in het diepste van jezelf, zolang je niet te voorschijn komt op het paarse strand waar het licht van de maand heerst die jou jouw authentieke verlangen en essentie toont van wat echt de moeite waard is. Alleen wanneer je daar bent, op dat paarse strand, zal je opnieuw de dankbaarheid voelen opkomen voor het leven want het is daar dat alles opnieuw begrijpelijk zal worden want achter elke pijn is er een verhaal en in dat verhaal zal je onvermijdelijk schoonheid vinden…

We zijn op de dool en volgens sommigen zoals Schopenhauer “kunnen we geen gelukkig leven ambiëren maar wel een heroïsch leven” ook al wordt men soms moe van het vechten. Anderen zeggen dat constant vechten net de wortel van het probleem is en dat we ons dienen over te leveren aan de armen van het leven met geduld en vertrouwen zodat deze ons zoet en langzaam kan liefhebben. Maar in de depressie is die traagheid een verlamming, een opeenvolging van gele en zwarte stroboscopische beelden , zoals de negatieven van foto’s die niets betekenen en die je met minachting een dove en stomme pijn in het gezicht spuwen waardoor je een mummie lijkt.

Ik zou dit niet kunnen schrijven hebben als ik niet zou voelen wat jij voelt, broeder en zuster, dus als je gedeprimeerd bent en je wil je opnieuw verbinden met de bron van het leven, kom dan dichterbij en leer ons kennen. Want ik ken je niet maar ik hou wel van jou en ik heb mijn ziel in dit schrijfsel willen leggen om zo jouw hand te kunnen nemen op een bepaalde plaats in de tijd en in de ruimte, zij het in het etherische of in het materiële, en je zo dichtbij te kunnen voelen en ik noch jou ons nog alleen zouden voelen.

“Wat er met ons gaande is, is dat we niet weten wat er met ons gaande is”, zei Ortega y Gasset. Of misschien is de tijd gekomen om te stoppen met het leven te ondervragen, in de gevangenis van de ondervraging…

De depressie is pressie: jezelf en het leven onder druk zetten, jezelf gevangen zetten, jezelf uitwringen. Het is een existentiële en zelfvernietigende kwaadheid die als enige doel heeft om je onder te dompelen in een bizar en vreselijk geheugenverlies, een geheugenverlies van gebrek aan liefde en kosmisch verweesd zijn, terwijl je je voedt van vuile dweilen, op het zaagsel van de verveling kauwt en jouw zelfhaat voortdurend doorslikt.

Wat is de uitgang? Ik weet het niet. Waar wil je uit stappen? Uit het leven, uit de dood?

Het is mogelijk om sereen rond te dobberen in het onbegrip, met de hand op het hart en terwijl we onze onschuld en onmacht strelen. Het is ook mogelijk om te ontwaken aan de liefde en opnieuw ons aangezicht verlicht te zien met de verwondering van een kind. En het is ook mogelijk opnieuw verrast te zijn over zichzelf en het leven, terwijl je lacht met de arrogantie waarmee je je op een goede dag de hals wou oversnijden.

Sergio Sanz Navarro

[email protected]

Aandeel

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar top